Recept uit het leuke Revolutionary Chinese Cookbook van Fuchsia Dunlop, waarbij ik geen plaatjes nodig heb om honger te krijgen. Hetzelfde geldt trouwens voor Sichuan Cookery, maar dat moge duidelijk zijn.
Ik heb dit recept wat aangepast voor eigen gebruik. Geen kippendijen, maar kipfilet. Door de wijze van bereiden toch heel mals. Niet dat ik geen kippendijen eet, want de Rode Kip kan natuurlijk niet zonder! Ik heb nu eenmaal vaker kipfilet paraat dan kippendijen, dus zo is het ontstaan. En ik bereid de kip niet in de olie, maar in water. Tic die ik heb overgehouden aan het afvallen (en heb opgepikt van Ken Hom). Malser krijg je de kip eigenlijk niet, tenminste ik niet. Het belangrijkste is dat je de kip in hapklare en niet te grote stukken snijdt. Iets van 1,5 bij 1,5 cm. Anders gaart de kip niet goed. Liever wat langer en dunner, dan dikke stukken. Eigenlijk frituur ik vlees nooit. Niet eens om het vet, want dat valt reuze mee, maar ik vind het altijd zo’n gedoe. Niet meer dan met water garen, maar dat zit blijkbaar tussen mijn oren 😉
Het is wellicht op deze manier geen originele Liuyang black bean chicken meer, maar het smaakt mij er niet minder om. De kip is niet goudbruin en knapperig, maar velvety zoals dat in het Engels zo mooi heet.