Archief van
Categorie: Koekje

Kokosmakron: koekje van eiwit en kokos

Kokosmakron: koekje van eiwit en kokos

Ik weet zeker dat we in ons ouderlijk huis en bij onze grootouders een kokosmakroon kregen aangeboden. Maar officieel wordt het toch echt met slechts één o geschreven: kokosmakron. Dat maakt de uitspraak anders. Wat wel weer grappig is, tenminste als je etymologie interessant vindt, dat ze in het Engels macaroon heten, wel met 2 o’s dus.

Van oudsher zijn amandelen de basis van makronen. Later is daar eiwit bijgekomen. Nu zijn er al langer eieren en noten op de wereld dan de menselijke soort op aarde is. Dus diezelfde mensheid zal ze vast vanaf het begin los van elkaar hebben gegeten. Wie laat nu bijvoorbeeld beukennoten aan zich voorbij gaan?

De combinatie van ei en noten in een samengesteld koekje is van een andere orde. Dat is niet meer eten om te overleven, maar eten omdat het lekker is. Men moet de tijd hebben gehad om koekjes te maken. Op 1 plek gaan wonen, zoals in de Neolithische tijd gebeurde is waarschijnlijk niet genoeg. Op 1 plek landbouw bedrijven is gewoon de hele dag hard werken.

Wat ze bij Stonehenge ook mogen beweren of suggereren, bewerkt eten maken, mince pies in dat geval, we weten simpelweg niet wanneer dat precies is begonnen. En door alleen het eiwit te gebruiken in een koekje en niet het eigeel, maakt het waarschijnlijk dat de dooiers konden worden bewaard. Eten gooi je niet weg.

Het eerste samengestelde koekje zal in een dorp of stad zijn uitgevonden, toen mensen verschillende beroepen hadden en tijd over. Of aan een hof, waar ze beschikking hadden over ijskelders. Maar waar precies en wanneer?

Kokosmakronen. We weten niet echt zeker waarom ze zo heten en wanneer ze precies zijn ontstaan. Maar gelukkig zijn ze er. Ze zijn namelijk superlekker en ook nog eens heel simpel te maken.

Lees Meer Lees Meer

Dé koekjes met noten, naar Duits recept

Dé koekjes met noten, naar Duits recept

Duitse notenkoekjes. Oftewel Nussecken, notenhoeken. Hoewel het ook wel als gebak wordt geclassificeerd bij onze buren.

Het recept opgestuurd gekregen van Duitse vrienden. Ze zeiden dat het een klassiek Duits koekje is. We gaan ze op hun woord geloven. Opgestuurd omdat zij de koekjes meenemen op wat langere wandelingen in de kou, wat wij ook regelmatig doen.

Nussecken dus. Je kunt ze veelal in de Duitse konditoreien vinden. Ze vallen ook op. Ze zijn meestal driehoekig van vorm, met 1 rechte hoek, van 90° dus. Dat verraad hoe ze worden gemaakt.

Deeg met noten in een bakblik draperen. Bakken in de oven. Dan heb je een grote Nussecke. Maar niet het record, bij lange na niet.

Zo’n beetje iedereen schrijft dat het wereldrecord staat op een 450 kilo wegende Nussecke. Bijna een rechthoek want de lengte was 9 meter, maar de korte zijden respectievelijk 5,57 meter en 5,67 meter. Die enorm grote lap koek liep blijkbaar iets taps toe. Naar verluidt was de hoogte 3,5 centimeter. De foto’s van die gebeurtenis. laten ook een hele grote, maar lage koek zien. Wat zeker is, is dat de Nussecke werd gemaakt bij de Deutschen Eck in Koblenz, in 2010. Die grootte past niet in een etalage. Ze hebben er heel veel kleine Nussecken van gesneden en vervolgens verkocht, voor een goed doel.

Hier doen we het wat bescheidener. Met hulp van een brownieblik met binnenmaten van ongeveer 17 x 26 centimeter.

Onze Nussecke, hier toch wat kleiner dan het wereldrecord, wordt na het bakken ook eerst in stroken gesneden. Waarna die stroken in rechthoeken of vierkanten worden gesneden. Elke rechthoek of vierkant diagonaal doormidden snijden levert elke keer 2 Nussecken op, met elk 2 scherpe en 1 rechte hoek. Je maakt dus altijd een even aantal koekjes.

In de winkels worden ze vaak versierd met vloeibare chocolade. Streepjes chocolade over het hele koekje en/of de 2 scherpe punten in chocolade gedipt. Of ook wel alleen de drie randen voorzien van een laagje chocolade. Voor dat gebruik van chocolade bij Nussecken, daar is in Duitsland geen harde afspraak over gemaakt.

Ook vrij standaard is dat je onder de notenlaag een laagje jam aantreft; standaard is abrikozenjam. Of de jam wordt er los bij geserveerd. Gaan we hier niet doen.

Geen chocolade, geen jam en minder suiker. Ik volg het gekregen recept daarmee niet helemaal op. Entschuldigung, meine Freunde.

Lees Meer Lees Meer

Harriott’s chocolate & coconut ice cream sandwich

Harriott’s chocolate & coconut ice cream sandwich

Een deel van ons huishouden bestaat uit mensen die zoete desserts en koekjes erg lekker vinden. Als in, je kunt me er ’s nachts voor wakker maken. Een ander deel van het huishouden laat ze liever links liggen. Dat leidt vaak tot polderen bij de samenstelling van menu’s voor meergangen maaltijden, zeker als het door de hele familie moet worden genuttigd. Maar dit keer niet. We hebben het namelijk niet zelfbedacht, dus gebruik in de familiediners is sowieso uitgesloten.

We hebben dat lekkere niet-zelfbedachte natuurlijk wel nagemaakt en opgepeuzeld. Want het valt niet te ontkennen. Regelmatig kijk ik op rustige tijden – net als de medeblogger – met een schuin oog naar (foute) kookprogramma’s. Dan zijn de anderen met heel andere dingen bezig.

De namaak-oorzaak was weer eens een herhaling van een kookprogramma. Dit keer van Ainsley Harriott, die op TV immer aanstekelijk vrolijke kok, en geen fout kookprogramma presenteerd overigens. Wel met een duidelijk voorkeur voor exotischere gerechten dan die van de traditioneel Noord-Europese keuken. Er gaan wel vaak heel pittige pepertjes in zijn maaltijden. Dat gaat ‘m 1-op-1 niet worden in ons huis. Maar vervang je ze door milde pepertjes of zelfs chipotle sauce, dan blijken dat vaak ook zeer lekkere maaltijden op te leveren. Zonder de dominante pittigheid, maar misschien proef je juist daardoor wel meer verschillende smaken.

De anderen waren dus met iets anders bezig. Tot dit keer Harriott op TV de woorden ‘ice cream‘ hardop uitsprak. De anderen kwamen ineens aanlopen en bleven al staande kijken naar de uitzending, met nogal wat opmerkingen. 1 van de huisgenoten meldde na afloop zelfs dat dit het eerste recept van Harriott was dat ze helemaal had uitgekeken. Mogelijk omdat er geen pittige pepertjes inzaten, wie weet. Maar wel ijs, dus.

We doen de zoetekauwen in ons huishouden een plezier: een sandwich van koekjes met chocoladeschilfers en kokos erin, en daartussen roomijs.

Lees Meer Lees Meer

Het Droste-effect en cacao-vanille koekjes

Het Droste-effect en cacao-vanille koekjes

Er wordt wel geschreven dat opvallend veel beta’s zelf vaak muziek spelen of kunst maken, en dat beta’s van patronen/regelmaat houden. Dat zou kunnen. Maar logischer lijkt me dat alfa en gamma mensen dat kunstige op de een of andere manier niet verwachten van beta’s, en dan als speciaal opvatten. Maar omgekeerd, ook in kunst en muziek zitten veel patronen, tot aan de jazz toe. Iedereen die jazz hoort, weet dat het jazz is. Ook die vrije vorm van muziek is simpel te classificeren.

Wat in ieder geval speelt bij wiskundigen is dat uit een soort van beroepsdeformatie wel dingen met een patroon erin meteen opvallen. Of juist een onderbreken van een patroon: een lange rij lantaarnpalen allemaal op gelijke afstand, op 1 na. Of helemaal geen patroon, dat kan je ook definiëren en beschrijven: brownse beweging bijvoorbeeld. Van die dingen.

1 van de patroondingen die via reclame zijn weg heeft gevonden in de kunst en de wiskunde is het zogeheten Droste-effect.

De beroemde voorkant van een pak Droste cacao en de beroemde illustratie Prentententoonstelling van M.C. Escher.

Het Droste-effect is vernoemd naar de wereldberoemde afbeelding op de blikken van Droste cacao, ontworpen door Jan Musset in 1904.

Het Droste-effect moet je zien. Het zijn afbeeldingen die een verkleinde versie van zichzelf bevatten. Die verkleinde versie bevat ook weer een nog kleinere versie van zichzelf, et cetera. Op papier houdt het een keer op, vanwege de resolutie. Maar waar een patroon is, daar kan de wiskunde helpen. Wiskundig gaat het Droste-effect altijd maar door; gewoon inzoomen op de verkleinde versie, en herhaal.

Op de cacaoblikken van Droste is ook nu nog steeds diezelfde verpleegster afgebeeld. Op het dienblad dat ze draagt staat een plaatje van hetzelfde cacaoblik, maar dan kleiner. En er staat een afbeelding van een verpleegster op een koffiekopje. Het Droste effect 2 keer in 1 afbeelding.

Wiskunde kent de term fractaal, bedacht door Benoît Mandelbrot in 1975. Een fractaal is een figuur opgebouwd uit delen die elk een gelijkenis vertonen met de figuur zelf. Bekend bij een groter publiek zijn de computer-gegenereerde kleurenplaatjes van Mandelbrot fractalen [1]. Kijk je op fractaal niveau, dan heeft ineens niet alles een eindige omtrek. Zo heeft Nederland een landsgrens van 1027 kilometer en is de kustlijn 451 kilometer lang, bijvoorbeeld te meten op een grote landkaart met grenslijnen. Maar die getallen hangen wel af van hoe je meet. Als je op het niveau van zandkorrels gaat meten – welke hoort dan tot land en welke hoort bij de zee – dan is die ineens grillige grens veel langer.

Het Droste-effect is een speciale vorm van een fractaal. Het komt bij elke vergroting van de afbeelding weer naar voren. Het herhaalt zich, en die herhaling, recursie geheten, is een belangrijke eigenschap van fractalen. Met een belangrijk verschil. Die vaak mooi gekleurde fractaalplaatjes worden gegenereerd vanuit verrassend simpele formules. Het Droste-effect was en is in essentie eerst kunst, waarbij een hele afbeelding wordt herhaald, zonder dat wiskunde nodig was.

Maar waar een patroon wordt geobserveerd, daar duiken wiskundigen op en dan volgen de beschrijvende formules. In dit geval van de handen van de Nederlandse wiskundigen Smit en Lenstra, 99 jaar na het maken van de kunst op het cacaoblik. En wel voor het beroemde werk van M.C. Escher, Prentententoonstelling [2], uit 1956. Dat werk is een van de ingewikkeldste dingen die Escher ooit heeft gemaakt, en was raar, zo meldde hij zelf.

Prentententoonstelling bevat een draaikolk-beweging kromme. Het bevat ook een persoon in een prentengalerij die – heel apart – naar zichzelf kijkt, door die draaikolk. In het midden van de draaikolk zit een verdwijnpunt. Escher wist echter niet hoe hij dat punt precies moest tekenen, want in het midden is een wit vlak, waar hij, heel slim, zijn handtekening heeft gezet. Op een vel papier kan je ook niet eindeloos blijven inzoomen. Smit en Lenstra hebben de wiskundige formules achterhaalt die de draaikolk beschrijven [3]. En daardoor konden zij wel blijven inzoomen, waar je dan door een animatie [4] kan zien dat de tekening zich echt elke keer herhaalt.

Geniale kunst van Escher, later pas gecomplementeerd met formules door 2 wiskundigen.

Daar past een recept met cacao bij, van Droste en het Droste effect. Cacao-vanille koekjes.

Lees Meer Lees Meer

Fryske dúmkes: koekjes met noten en anijs

Fryske dúmkes: koekjes met noten en anijs

Friezen zijn zoetekauwen, dat wordt vaak beweerd. En met Friezen in de familie kan ik het vanuit die invalshoek ook wel bevestigen.

In de studententijd vaak het Fries nationalisme in werking zien treden. Zat je met een Fries in het Nederlands te praten en kwam er een Fries bij, dan werd onmiddellijk naar de Friese taal omgeschakeld. Nu is Stadsfries vrij makkelijk te verstaan en daarmee was het omschakelen niet erg. Het echte Fries van de familie is veel lastiger om te begrijpen, laat staan zelf te spreken. Gelukkig is de familie meertalig opgevoed.

Die familie was niet de eerste kennismaking met Friesland. Dat was op 26 februari 1986 de 14e Elfstedentocht. Niet met dúmkes maar met Berenburg werd de kou in Dokkum bestreden. Je zag de wedstrijdschaatsers in een flits voorbij komen. Naast het ijs staande zag je daardoor ook dat de schaatsers in het echt veel harder reden dan op de TV.

Door de familieband zijn oranjekoek, suikerbrood en dúmkes voor mij als niet-Fries geen onbekenden meer. Waar dan vooral de dúmkes er voor mij echt uitspringen. Door de uitgesproken smaak.

Fryske dúmkes. Duimkoekjes, omdat vroeger de bakkers ze in een rechthoekige vorm drukte, ter grootte van een duim. En er ook met de duim op het laatst een zichtbare deukje in maakten. Dat zie je nu niet vaak meer.

Bezoek uit Friesland bracht ze regelmatig mee. Zo regelmatig dat onze kinderen, die er nog steeds dol op zijn, ze eigenlijk elke keer verwachtten.

Standaard horen er anijs en hazelnoten in te zitten. Soms wordt er een mix van hazelnoten en amandelen gebruikt. Gebruik je alleen amandelen, dan heten ze ineens Amelander dúmkes. Toevoegingen die tegenwoordig ook vaak in de koekjes te vinden zijn, zijn gember en kaneel. De kleur kan verschillen, afhankelijk van de kleur van de gebruikte (basterd)suiker.

Lees Meer Lees Meer

Een lembas recept hoort erbij

Een lembas recept hoort erbij

Het boek The Lord of the Rings van J.R.R. Tolkien, verschenen in 3 delen in de jaren 50 van de vorige eeuw, werd in 1997 in Engeland verkozen tot het beste fictie boek van de 20e eeuw, door klanten van boekhandel Waterstones en kijkers van Channel 4. Tot wanhoop van een aantal literaire deskundigen. Die houden dan mogelijk juist weer van simpelere verhaallijnen en dunnere boeken. Want The Lord of the Rings heeft diepgang onder andere door de vele doorkijkjes naar het verleden (o.a. verteld in The Silmarillion, verschenen in 1977) en is complex door de vele verhaallijnen, die regelmatig uiteengaan en soms ook weer samenkomen. En ja, het is ook dik, maar ook na herlezing kan de enige juiste conclusie alleen maar zijn dat het eigenlijk niet dik genoeg is. Gelukkig is er de 12-delige boekenreeks History of Middle-earth.

Prachtig boek, inmiddels in ons huis door iedereen (meerdere keren) in het Engels gelezen. Met de Nederlandse vertaling door Max Schuchart naar ‘In de Ban van de Ring’ (verschenen in 1957) is overigens niets mis. En ook nog eens de allereerste vertaling van The Lord of the Rings ter wereld. Conclusie na de eerste lezing door de jongere huisgenoten: “Heel speciaal, toch wel anders dan de films.” De enige vraag die nog beter moet worden beantwoord dan tot nu toe is gedaan in boeken en op het internet, is waarom de adelaars de ring niet simpelweg in Mount Doom wierpen. Een ander antwoord graag dan als ze dat hadden gedaan bestond het boek niet.

De reisgenoten legden in The Lord of the Rings te voet grote afstanden af. In Lothlórien, een Elven-domein, kregen ze voor hun vertrek dunne brood/cake/koekjes mee als voedsel voor onderweg. Tolkien omschrijft ze in het boek als very thin cakes en meldt dat de Elven het lembas of waybread noemden. De cakes, ingepakt in bladeren van de mallorn boom, bleven vele dagen zoet en knapperig. 1 stuk was voldoende voor een mens om een hele dag te lopen.

Britten noemen onze Nederlandse rechthoekige zoete cake ook cake, maar cake heeft in de Engelse taal nog wel meer betekenissen. 1 daarvan is dat cake een broodachtig voedsel is, gemaakt van deeg, vaak zonder gist, en gebakken in kleine platte vormen. Tolkien noemde corn als ingrediënt, en daarom maken mensen in de VS wel lembas van mais. Maar dat is niet correct. Corn refereert in het Engels naar die graansoort die dominant is in een bepaalde regio. In Engeland is dat tarwe. Tolkien was een Engelsman, tarwe it is. Tolkien schreef dat lembas van buiten lichtbruin gekleurd was en van binnen roomkleurig.

Lembas duidt daarmee op een cake-bread, brood zonder gist, hier in een platte koekjes vorm, gemaakt van tarwe en zodanig gebakken dat het ze knapperig zijn. Ze zijn ook zoet volgens de Elfen; er moet wel iets als suiker of honing in zitten.

Lees Meer Lees Meer

Lemon bars en het oudst bekende recept

Lemon bars en het oudst bekende recept

Lemon bars = boterkoek + lemon curd.

Boterkoek is al een paar eeuwen bekend in Nederland. De Britse variant heet buttery shortbread, zandkoekjes met wat meer boter. Shortbread is uitgevonden in Schotland, met een in 1736 opgeschreven recept en daardoor ook daar al een tijdje bekend. In Brittannië waren lemon curd (achtige) recepten vermoedelijk al tegen het einde van de 18e eeuw, maar zeker vanaf het midden van de 19e eeuw bekend. Je zou denken dat de combinatie dan ook al lang bekend is. Dat valt echter een beetje tegen, in ieder geval op schrift.

Het lijkt erop dat in het begin de eieren in de bodem gingen en niet in de vulling. Er zat ook nauwelijks citroen in. Het heette toen ook nog niet lemon bars maar crunchy lemon squares, bijvoorbeeld in 1958 in een recept van Mary Meade, verschenen in de Chicago Daily Tribune, 15 augustus, 1958. Noten zorgden voor de crunch. Vrij kort daarna ging er meer citroensap in de vulling.

Het oudste bekende recept zoals we nu lemon bars maken is echter relatief recent. Het is een inzending van Mrs. Eleanore Mickelson uit Milwaukee, in de krant Chicago Daily Tribune van 27 augustus 1962, in deel 3 op bladzijde 12. Het verscheen in de rubriek Today’s $5 Favorite Recipe. Op diezelfde bladzijde staat een volledig en uitgebreid dagmenu – ontbijt, lunch en diner – door, weer, Mary Meade.

Mary Meade was het pseudoniem dat de 5 voedselredacteuren van de Chicago Daily Tribune gebruikten van 1936 tot 1974. In 1964 verscheen het boek Mary Meade’s Country Cookbook. Volgens het voorwoord een boek over goede, eenvoudige Amerikaanse gerechten van de traditionele soort. Wat wij nu een ouderwetse keuken zouden noemen, of ook wel, een beetje denigrerend, Oma’s of Grootmoeders Kookboek. Mickelson’s recept is bijna iedereen vergeten. Dat komt omdat In 1963 Betty Crocker in Betty Crocker’s Cooky Book een recept publiceerde dat wel heel erg leek op het recept uit 1962. En wie kent in Amerika Betty Crocker nu niet.

Betty Crocker is echter ook een bedacht persoon, in 1921, de naam achter een slimme reclamecampagne. In 1950 verscheen de eerste uitgave van Betty Crocker’s Picture Cook Book in een oplage van 950.000 exemplaren. Sindsdien zijn er meer dan 75 miljoen exemplaren van versies van het rode Betty Crocker Cookbook gekocht. Slim adverteren loont. Inmiddels bevat het boek ruim 1500 recepten. Wie heeft er meer nodig? Mogelijk daardoor schrijft de ogenschijnlijke meerderheid van het internet dat 1963 het geboortejaar is van lemon bars. Het recept van Mickelson verscheen toch echt een jaartje eerder.

In de basis maken we nog steeds lemon bars volgens het recept van Mickelson en daarmee ook die van Crocker. Mickelson gebruikte al poedersuiker en (wel wat meer) kristalsuiker. Ook bakpoeder, dat niet in onze boterkoek zit. We doen er tegenwoordig standaard wel (veel) meer eieren in en soms ook nog wat wat maizena als bindmiddel. Dat laatste kan handig zijn want de bodem is anders heel bros.

Lees Meer Lees Meer

Decadent maar lekker: Philly Cheesesteak Cookies

Decadent maar lekker: Philly Cheesesteak Cookies

We eten regelmatig broodjes met vulling, veel vulling. En ook al hebben we onze favorieten, we lopen toch een soort van lijst af van wereldbroodjes. Noem het een sandwich wereldreis die al vele jaren duurt. De medeblogger helpt ons ook met zijn recepten van gevulde broodjes die we nog niet hebben gegeten.

De eigen zoektocht naar een authentiek recept voor Philly Cheesesteak Sandwich was net gestart, toen de medeblogger dat recept recent uitlegde op Reutel. Reepjes rundvlees en gebakken ui in een oorspronkelijk langwerpig zacht broodje. Met echte kaas (provolone) of nepkaas (American cheese of zelfs uit een fles, Cheese Whiz!).

Tijdens het zoeken naar een authentiek recept kwam dat koekje langs: Philly Cheesesteak Cookie. Eerst genegeerd maar het bleef in mijn gedachten. Gepubliceerd door Cooking Channel en bedacht door Cookie Confidential (in 2013?). De website mag je in Nederland niet bekijken. Via Google cache echter wel. Handig, die truc van Google.

Een Philly Cheesesteak Cookie is een soort van mix van de sandwich en een koekje. Een hartige sandwich in koekjes vorm, zoals de kaas paprika biscuits, maar dan met meer ingrediënten en minder luchtig. Hartige koekjes zonder suiker. Met als speciaal ingrediënt, beef jerky.

Beef jerky is de Amerikaanse versie van gedroogd vlees. Vermoedelijk is vlees drogen de oudste manier om vlees te kunnen bewaren, voordat de mensheid het vuur ontdekte om maaltijden te maken. Gedroogd vlees is op alle plekken op de aardbol te vinden. Jerky is wel apart: het bevat geen tot bijzonder weinig vet. De naam komt van het woord ch’arki, uit de taal van het Quichua volk uit de Andes, en betekent droog, gezouten vlees, van alpalca’s of lama’s waarschijnlijk. Jerky wordt op een lage temperatuur gemaakt. Beef jerky uit de VS bevat wel wat smaakstoffen, zoals appelciderazijn, ananasconcentraat, gedroogde knoflook, gedroogde ui, zwarte peper en zeezout. Men adverteert het als een snack die je zonder schuldgevoel kan eten.

Lees Meer Lees Meer

Stroopwafel-cake wordt stroopwafel-cheesecake

Stroopwafel-cake wordt stroopwafel-cheesecake

Sinds ik het verzoek om piña colada cake te maken inwilligde mits het een piña colada cheesecake zou worden, kreeg ik steeds meer verzoeken van de huisgenoten om dat soort ombouw recepten te maken. Je geeft ze 1 vinger en ze willen 2 handen.

Met name cheesecake met stroopwafels kwam nogal eens langs als verzoek. Uiteindelijk gecountered met “prima, zeg maar wat ik moet doen”. Gingen ze Reutel naspeuren! Het resultaat is waarschijnlijk daarom een soort van directe mix van onze cheesecake, met alleen digestives koekjes, en onze stroopwafel-cake. Want die beide gerechtjes vinden ze erg lekker.

Omdat grove stukjes stroopwafel naar de bodem zakken tijdens het bakken, hier 2 aanpassingen gedaan. Als ze toch op de bodem gaan liggen, een gedeelte van de stroopwafels in de bodem van koekjes verwerkt. En hier de cheesecake laag gehouden; als de stukjes al bijna op de bodem liggen, is zakken bijna onmogelijk en blijven de stukjes beter in het roomkaasmengsel steken. Laag blijven impliceert hier minder vulling dan in de hoge cheesecake en geen bakpoeder of opgeklopte eiwitten gebruiken.

Nog steeds het lekkerst als de cheesecake een nacht in de koelkast opstijft: stroopwafel-cheesecake.

Lees Meer Lees Meer

Saturnus, Rome, bijen, zeshoeken, pimentkoekjes

Saturnus, Rome, bijen, zeshoeken, pimentkoekjes

Wat hebben koekjes en regelmatige veelhoeken met elkaar te maken?

Bij een regelmatige veelhoek zijn alle hoeken even groot en hebben alle zijden dezelfde lengte. Bij een vierkant zijn die hoeken elk 90°. Bij een zeshoek is elke hoek precies 120°. Zoveel regelmaat dat je zou kunnen denken dat het niet in de natuur voorkomt. Maar zowel op kleine schaal als op grote schaal komen (regelmatige) veelhoeken voor. Zeshoeken in het bijzonder. Bij kristallen en basalt, bij een bijenraat, op de pool van Saturnus is een zeshoek te zien en er bestond op de zuidpool van Jupiter een zeshoek gevormd door 6 stormen. En ook bij koekjes bakken komen ze voor! Wat is er nu zo speciaal aan regelmatige zeshoeken?

Die regelmatige zeshoek, of hexagoon, trok via de bijenraat al de aandacht van de oude Romeinen. Varro Reatinus (116 – 27 BC) was een Romeinse geleerde en schrijver. Hij dacht dat bijen hun cellen in een regelmatig zeshoek bouwen omdat deze de compactste vorm opleverd. Hij kon het niet bewijzen. Wiskundigen noemen een dergelijk statement dan een conjecture, een hypothese. De bijenraat conjecture luidt: een regelmatig zeshoekig rooster of honingraat is de beste manier om een oppervlak te verdelen in gelijke gebieden met de minste totale omtrek. Die minste totale omtrek is belangrijk ook voor bijen, want dan hoeven ze de minste hoeveelheid wand te maken. Ruim 350 jaar later dacht de Griek Pappos van Alexandrië (c. 290 – c. 350) erover na en schreef zijn bevindingen ook op. De conjecture werd pas in 1999 bewezen door Thomas C. Hales [1]. De conjecture werd voor altijd een stelling. Andere wetenschappen werken anders, maar bij wiskunde blijft een eenmaal bewezen stelling voor altijd waar.

Nu kunnen bijen tellen, met slechts vier zenuwcellen zelfs [2], maar wiskundigen zijn het niet. Hoe komen bijen dan uit op die optimale zeshoek? Dat is eigenlijk vrij eenvoudig te demonstreren, want fysica speelt ook een rol.

Lees Meer Lees Meer