“Laat mij toch slorpen van dat rode, dat rode daar…” *
Al meer dan vijftien jaar krijg ik voor dit linzensoepje een onbetaalbare glimlach terug. Alleen dat al is voor mij een reden om dit soepje met enige regelmaat te maken. Een linzensoepje is bovendien altijd lekker en is voor mij de traditionele opener in een Indiaas restaurant.
Zelfgemaakt ideaal als voorafje, geserveerd in een klein kommetje of als hoofdmaaltijd in een flinke kom met daarnaast nog een naan.
Men neme:
- 300 gr rode linzen
- 6-8 tn knoflook
- 1 el kurkuma
- 1 rode peper
- 1 el korianderzaad
- 1 el komijnzaad
- 1 grote ui
- 1 liter kruidenbouillon
- 1 1/2 el tomatenpuree
- verse koriander
Hak de knoflook en rode peper fijn en maal de specerijen. Bak de knoflook zachtjes een minuut of 2 met de kurkuma, koriander en komijn. Gebruik een pan met een dikke bodem. Blijf goed roeren, zodat er niets aanbrandt. Dreigt dat toch te gebeuren, voeg dan een eetlepel water toe en roer het aanbaksel snel los.
Snij de uien in snippers en bak deze vervolgens mee totdat ze zacht zijn.
Voeg de linzen toe met de tomatenpuree en de bouillon en breng het geheel aan de kook. Laat het een minuut of 30 zachtjes koken. Heb je toch te weinig bouillon gebruikt, voeg dan alsnog wat water of bouillon toe. De soep mag best een beetje dik zijn, maar het moet ook geen snert zijn waar de lepel recht op blijft staan.
Als de linzen gaar zijn (ze vallen dan uiteen), pureer de soep en serveer in een kom. Pureren hoeft uiteraard niet, maar ik vind de soep er dan mooier uitzien. Strooi er nog een paar losse korianderblaadjes over en serveer.
De soep is vrij snel gemaakt, maar ik vind ‘m nog lekkerder als ik de soep een dag van te voren heb gemaakt. Overigens is de soep ook prima in te vriezen, maar dat komt hier eigenlijk nooit voor…
* Genesis 25:30 “En Ezau zeide tot Jakob: Laat mij toch slorpen van dat rode, dat rode daar, want ik ben moede…” en even later heeft Ezau zijn eerstgeboorterecht verpatst voor een kop ‘linzenkooksel’.