Pescolactoövotarisch broodje met ei-botersaus

Pescolactoövotarisch broodje met ei-botersaus

Hopelijk mag iedereen vanaf een bepaalde leeftijd zelf weten of men vlees, vis, schaaldieren, insecten, eieren en/of zuivelproducten eet. Ieder zijn ding. Door wat je wel of niet eet, word je wel automatisch in een hokje geduwd door derden. En uit wat ik lees, lijken sommigen dat heel erg fijn te vinden en anderen wat minder.

Tussen het vegetariër of vleeseter zijn, zit nog wel heel veel ruimte. Vegetariërs die wel vis eten, worden pescotariërs genoemd, of ook wel, een beetje denigrerend semi-vegetariërs. Eet je als vegetariër eieren, dan mag je jezelf ovotariër noemen. Eet je zuivelproducten, dan sta je bekend als lactotariër.

Reutel is niet bepaald een vegetarisch receptenblog. Ook wij zijn flexitariër en eten met enige regelmaat geen vlees of vis, maar ik let er dan niet op dat we in dat gerecht de boter vervangen door een plantenolie en er tevens geen eieren of kaas in gebruiken.

Als ik gedwongen zou worden om landvlees te laten staan, dan zou ik een pescolactoövotariër zijn. Pesco voor de vis, lacto voor de zuivel, en ovo voor de eieren. Lijkt mij een semi-vegetariër.

Omdat schelvis zo gemakkelijk uiteenvalt, is het minder geschikt om als moot op te dienen dan bijvoorbeeld kabeljauw. De naam schelvis komt ook van het zachte vlees dat in plakjes uiteenvalt, de schellen. Schellen is een Oudnederlands woord dat nu gerelateerd is aan hoe een geluid klinkt, maar vroeger ook wel schillen of vliezen betekende. Vandaar het gezegde.

Gevormd naar het broodje en door de manier van maken superzacht, met melk, boter en eieren. Een pescolactoövotarisch broodje.

De saus is gebaseerd op een ouderwetse botersaus met hardgekookte eieren. Botersaus is een soort van béchamelsaus met extra boter. Een prima saus ook bij moten gebakken vis, maar te dun voor op de visburger. Daarom wat minder vocht toegevoegd om de botersaus wat dikker te maken.

Door het brood en de melk is het niet een harde burger die makkelijk in vorm blijft. Geeft niets, gewoon alles uit de pan in het broodje leggen.

Nog niet opeten (voor 4 personen)

Voor de vis

  • 400 gram schelvisfilet (of andere witvis)
  • 2 eieren
  • 1 snee (wit)brood
  • 100 milliliter melk

Het kan ook prima zonder witbrood en melk, maar met is het net wat malser.

Voor de botersaus met ei

  • 2 eieren
  • 120 milliliter koude melk
  • 25 gram ongezouten roomboter
  • 30 gram bloem
  • een paar druppels citroensap voor een zuur accent (optioneel)

En niet te vergeten 4 broodjes.

Verder geen ingrediënten gebruikt die teveel afleiden, zoals bijvoorbeeld tomaat of slablaadjes.

Aan het werk

Doe de melk voor de visburger in een kommetje en leg het in stukjes gescheurde brood erin.

Snij de vis in hele kleine stukjes.

Splits de twee eieren voor de visburger. De eidooiers gebruik ik niet in de visburger; ik bak ze separaat.

Meng de vis, het brood en de eiwitten goed door elkaar. Verdeel dit mengsel in 4 gelijke stukken en vorm er visburgers van die maximaal 2 centimeter hoog zijn (in verband met de baktijd). Laat de visburgers even 15 minuten bijkomen van dit geweld.

Kook de 2 eieren voor de saus in 8 minuten hard. Laat ze schrikken in koud water. Nog niet pellen.

Zodra de vis gaat garen heb je je handen vrij om de botersaus te maken en het eigeel te bakken.

Verhit een scheut arachideolie in een koekenpan die groot genoeg is voor de 4 visburgers. Bak de visburgers goed gaar, 4 à 5 minuten per zijde.

Smelt de roomboter in een koekenpan zonder dat deze bruin wordt. Doe de bloem er in een keer bij en laat onder voortdurend roeren de bloem in 2 à 3 minuten gaar worden. Voeg de melk al roerend met een garde beetje bij beetje toe. De volgende hoeveelheid melk pas toevoegen als de vorige hoeveelheid melk volledig is opgenomen. Op laag vuur daarna al roerend ongeveer 3 minuten zacht laten koken tot het een dikkere saus is geworden. Pan van het vuur halen.

Bak nu eidooiers op zacht vuur gaar.

Pel de gekookte eieren, snij ze in kleine stukjes en roer deze door de warme botersaus. Daarna optioneel het citroensap erdoorheen mengen.

Idealerwijs zijn de broodjes vers en een beetje warm. Gekochte broodjes snij ik altijd van te voren doormidden en leg ze met de open kant even op het hete oppervlak van een tosti apparaat, koekenpan of grill om ze wat knapperig en warm te krijgen.

Leg de vis in de broodjes en bedek ze met een laag botersaus met ei.

Serveren met gebakken eigeel met daarop een paar druppels echte balsamico.

Resultaat

Vis met melk en eieren, een prima reden om landvlees een dag over te slaan. Fluweel zacht van smaak, zowel de vis als de ei-botersaus.

Als je teveel vis op het broodje legt, zoals ik heb gedaan, dan is het geheel niet zonder knoeien op te eten.

Dit keer iets te weinig brood en iets teveel melk gebruikt. Daardoor de ‘geeft niets’ zin moeten gebruiken.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *