Kofta bestaat in vele landen. Van de Europese Balkan (ćufte, kjofte) en de verschillende Arabische landen in het Midden-Oosten (kefta, kafta) tot Zuid- en Midden-Azië (kofta, kopta). De herkomst van het woord komt mogelijk uit het oude Griekenland, waar de term ‘sarkoftes’ voor gehakt vlees werd gebruikt en dat later werd afgekort tot ‘koftes’ en ‘keftes’. Doorgaans is het een bal gemalen vlees met kruiden of uien, terwijl in Arabische landen vaak een sigaarvorm overheerst. Afhankelijke van de regio gebruikt men rund, lam of schaap, varken of kip en soms een mengeling van meerdere soorten vlees. Ook kan een kofta gemaakt zijn van garnalen of vis. In India bestaan er bovendien vegetarische varianten, waarin aardappel, pompoen, paneer of banaan worden gebruikt.  Een kofta kan naast de kruiden ook rijst, bulgur, groenten of eieren bevatten. Ze kunnen worden gebakken, gestoomd, gekookt, gefrituurd of gepocheerd. De variaties zijn oneindig. De genoemde Indiase varianten zijn niet alleen geschikt voor vegetariërs, ook verstokte vleeseters zullen ze prima smaken. Over de verschillen tussen gewone banaan en bakbanaan (plantaan) lees het recept over rauwe bananencurry.

• 2 (groene) bakbananen
• 1 kleine ui, fijn gesnipperd
• 2 cm gember, fijngehakt
• pluk koriander, fijngehakt
• 4 groene chilipepers, fijngesneden
• 1/2 tl gemalen peper
• snufje zout
• 3 dl arachideolie

Leg de bananen eerst een half uurtje in water om eventueel resten van bestrijdingsmiddelen te verwijderen. Breng een pan met water aan de kook. Snij de uiteinden van de bananen en laat ze zo’n 20-30 minuten koken tot ze gaar zijn. Verwijder de schil en prak de banaan fijn. Laat het vervolgens afkoelen totdat je het met je handen kunt bewerken.

Meng de bananenpuree met de ui, gember, koriander, witte peper en chilipeper. Voeg eventueel een snufje zout toe. Vorm nu balletjes van het bananenmengsel, ongeveer zo groot als een pingpongbal.

Verhit in een pan of wok de olie en bak de balletjes totdat ze goudbruin zijn. Dat gaat sneller dan je denkt overigens. Laat de balletjes vervolgens uitlekken.

• 4 el olie
• 6 kardemompeulen, gekneusd
• 4 kruidnagels
• 1 kaneelstokje
• 1 kleine ui, grof gehakt
• 2 cm gember, geraspt
• 3 tn knoflook, uit de pers
• 2 tomaten, ontveld en fijngesneden
• 1 tl chilipoeder
• 3 el Griekse yoghurt (of room of crème fraîche)
• 1 tl honing
• mespunt gemalen foelie
• koriander voor de garnering

Giet de olie uit de pan en laat een paar el olie over. Voeg de kardemoms, kruidnagels en het kaneelstokje toe en verhit het totdat ze beginnen te knetteren. Doe er vervolgens de uien bij en bak ze glazig. Voeg vervolgens de gember en knoflook toe en bak de uien bruin.

Verhit intussen de oven voor op 200 C.

Pureer de tomaten en voeg deze met de chilipoeder toe aan het mengsel. Blijf dit roerbakken tot de olie komt bovendrijven.

Voeg 400 ml heet water toe en breng het aan kook. Als het kookt, giet het mengsel door een zeef en vang het vocht op in een pan. Breng dit mengsel vervolgens weer aan de kook en voeg de yoghurt toe en haal de pan weer van het vuur. Voeg de honing toe.

Doe de kofta’s in een ovenschaal en giet de saus over de balletjes. Strooi een mespuntje folie over de balletjes en dek de schaal af. Laat het gerecht een klein kwartiertje in de oven staan.

Strooi er wat blaadjes koriander over en serveer met rijst.