Archief van
Tag: knoflook

Knoflookkip met komkommer

Knoflookkip met komkommer

Ik was verrast toen ik er achter kwam dat de komkommer oorspronkelijk uit India afkomstig is. Weliswaar gaat het dan om zo’n 3.000 jaar geleden en heeft de komkommer intussen de wereld veroverd, maar toch. Ik kon mij in eerste instantie ook niet herinneren dat ik in India komkommer heb gegeten of zelfs maar gezien. Wat op zich niet vreemd is, aangezien ik om hygiënische redenen vers gesneden fruit en rauwe groente zorgvuldig heb gemeden. Voor zover dat gaat uiteraard. Ik sluit echter niet uit dat ik mogelijk wel komkommer heb gegeten in een van de verschillende pickles die ik geproefd zal hebben. Maar warm bereid heb ik in ieder geval geen komkommer gezien.

In Europa werd de komkommer waarschijnlijk geïntroduceerd door de Grieken of de Romeinen. Dat is niet zo vreemd, aangezien Griekse en Romeinse handelaren al vroeg in India te vinden waren en andersom. Lees Asterix in Indus-land er maar op na!

Volgens Plinius de Oudere had keizer Tiberius, die leefde rond de start van onze jaartelling, de komkommer zowel ’s zomers als ’s winters dagelijks op zijn tafel staan. De komkommer die Plinius beschreef, is echter klein van stuk, mogelijk een augurk of wat ze in India een Perzische komkommer noemen [1]. Wij zouden de laatste overigens gewoon een kleine komkommer noemen. Wie echter wel eens kleine komkommers uit de Turkse winkel heeft geproefd, zal beamen dat die toch echt anders smaken dan de gemiddelde waterbom uit de supermarkt.

In de eeuwen die volgden veroverde de komkommer Europa en dankzij de Spanjaarden uiteindelijk ook de Amerika’s. In Nederland kennen we eigenlijk maar één soort komkommer. Tenminste dat denken we. De kleine komkommers die in Turkse en Marokkaanse winkels liggen zijn doorgaans een andere variëteit. En dan zijn er nog augurken (of cornichons).

In India kennen ze nog veel meer variatie onder de komkommers. Die deels worden ingedeeld naar gebruikswijze. Verse komkommers worden schijf- of snijkomkommers genoemd. Ze bestaan in verschillende groottes, kleuren en dikte van de schil. Komkommers worden in India vooral koud gegeten of als pickles.

Het Engelse taalgebied kent ook nog burpless komkommers. Deze zijn zoeter en hebben een dunnere schil dan andere komkommervariëteiten. Ook zijn ze vrijwel zaadloos. De naam komt omdat de zaden en schil van andere komkommervariëteiten sommige mensen winderig zouden laten boeren. Of erger…

Komkommer is lekker op een broodje brie, maar rauw eet ik het weinig. Behalve dan in een heerlijke Chinese komkommersalade. Een succes bij elke zomerse maaltijd. Dankzij de Chinezen eet ik vooral graag warme komkommer. Sommige mensen gruwen bij de gedachte, maar als ze het niet weten, smullen ze van gebakken rijst met komkommer. Of van gebakken en gevulde komkommer met gehakt. Jaren geleden pikte ik al eens een lekker kiprecept op van Ken Hom. Te combineren met rijst of met noedels. En restjes de volgende dag koud op een lekker broodje.

Lees Meer Lees Meer

Sopa de Ajo – Spaanse knoflooksoep

Sopa de Ajo – Spaanse knoflooksoep

In al die jaren dat ik soep maak, ik schat gemiddeld 52 keer per jaar, had ik tot voor kort nog nooit een knoflooksoep gemaakt. Wel gegeten, maar nooit gemaakt. Wat op zich best gek is, aangezien ik verzot ben op knoflook.

Veel mensen houden van knoflook, maar een significant deel van hen roept dan wel meteen ‘knoflooksaus!’. Daarmee doen ze deze veelzijdige groente duidelijk te kort. Het is een belangrijke smaakmaker in veel gerechten, maar wordt vooral geroemd vanwege zijn sterke smaak. Verse knoflook is scherp, maar geroosterde knoflook is bijvoorbeeld heel zacht en ietwat zoetig van smaak. Ook knoflooksoep smaakt anders dan veel mensen zouden verwachten.

Sopa de ajo is afkomstig uit de Spaanse regio Castilië en León. Knoflook is een belangrijk ingrediënt in de Spaanse keuken en Spaanse knoflook kun je zelfs bij de Zaanse grootgrutter verkrijgen. De meeste knoflook in Nederlandse supers is echter afkomstig uit China en kenmerkt zich door de scherpe smaak. Persoonlijke favoriet is Lautrec, met het paarse velletje, komt uit Frankrijk en is alleen een paar maanden in het jaar verkrijgbaar. De Argentijnse paarse knoflook wordt dan vaak als alternatief aangeboden.

Naast knoflook is gerookt paprikapoeder, pimenton, een belangrijk ingrediënt in deze knoflooksoep. De beste pimenton komt uit Vera in Andalusië: pimenton de la Vera. Er zijn drie varianten, elk van een andere variëteit of een combinatie van variëteiten, maar vooral verkrijgbaar zijn ‘pikant’ en ‘zoet’. Meestal wordt sopa de ajo bereid met de zoete variant, maar als je van pittig houdt, dan kun je gerust de pikante versie gebruiken.

Ik was wat huiverig voor het gebruik van brood als bindmiddel, maar daar kwam ik na het eerste bord soep van terug. We hebben een nieuwe soep in het repertoire!

Lees Meer Lees Meer

Knoflook-boter kipfilet uit de oven

Knoflook-boter kipfilet uit de oven

Kipfilet uit de oven, altijd een beetje tricky wanneer je het niet goed aanpakt en de kip heel droog wordt. Toch is kipfilet in dit geval een prima keuze. Kippendijen kunnen ook, maar neem ze dan wel met vel en bot. Kipfilet is echter magerder en zeker niet minder smaakvol. Door de kipfilet van te voren eerst aan te bakken in de koekenpan, zorg je dat het vlees niet te veel vocht verliest. En door tussendoor nog wat boter over de kip te lepelen, zorg je bovendien voor meer smaak. Zelf doe ik de kip in een grote ovenschaal, zodat ook aardappelpartjes meebakken in de oven en alle smaken in zich opnemen.

De belangrijkste smaakmaker is in dit gerecht knoflook. De meeste knoflook wordt in China geproduceerd (80% van de wereldproductie) en er zit veel kwaliteitsverschil tussen. Zo is de gedroogde knoflook die je in de supermarkt kan vinden, vaak veel te droog en soms zelfs beschimmeld. De lekkerste knoflook vind ik persoonlijk Lautrec, afkomstig uit de gelijknamige Franse plaats, met een ietwat zoete smaak. Om de kwaliteitsaanduiding ‘Label Rouge’ te krijgen moeten de bollen Lautrec na de oogst drie weken aan de lucht worden gerijpt, voordat ze op de markt komen. Lautrec kun je los kopen of per streng. Omdat de knoflook schaars is, is deze ook een stuk duurder en alleen in het seizoen verkrijgbaar. Voordeel is wel dat je Lautrec-knoflook een stuk langer kunt bewaren en de tenen lang sappig blijven. Niet alle roze knoflook is overigens afkomstig uit Lautrec, vaak wordt ook roze knoflook uit Argentinië verkocht.

Is Lautrec niet verkrijgbaar of echt heel duur, dan geef ik tegenwoordig de voorkeur aan een pot gehakte knoflook van Lee Kum Kee boven de droge bollen van de supermarkt. Zolang je een schoon lepeltje gebruikt, is zo’n potje lang houdbaar. Al maakt knoflook hier onderdeel uit van de dagelijkse keuken, dus met een paar weken is zo’n pot wel leeg.

Lees Meer Lees Meer

Knoflook (!) in Apicius:
oud-Romeinse sala caccabia

Knoflook (!) in Apicius:
oud-Romeinse sala caccabia

Italië heeft het imago dat het een knoflookland is. Dat iedereen ervan houdt. Maar schijn bedriegt. Door alle lagen van de bevolking zijn er mensen die knoflook haten. Nog zo recent als in 2007 was er zelfs een actie in Italië om knoflook compleet uit alle recepten te weren. Er zou een speciale kaart komen van Italië waar de niet-knoflook restaurants op zouden staan. Een soort van tweedeling van de restaurants. En een dergelijke tweedeling door knoflook is zeker niet de eerste keer in onze geschiedenis.

Bij de Sumeriërs (2600–2100 BC) en ook bij de Babyloniërs (1800-539 BC) werd knoflook als basisvoedingsmiddel en om de medicinale eigenschappen zeer gewaardeerd. Bij de oud‑Egyptenaren (3300-332 BC) stond knoflook in het begin in hoog aanzien, ook voor de medicinale eigenschappen. Toenemende handel leidde tot de import van sterke kruiden vanuit het Oosten. Het gevolg was dat knoflook meer werd gebruikt als voedsel en medicijn voor de armen. Rook je naar knoflook dan kwam je naar verluidt de heiligdommen niet binnen. De heersende klassen namen knoflook hooguit voor de aan knoflook toegeschreven medicinale werking. De lagere klassen aten het in hun dagelijkse leven, om te overleven. Een tweedeling die zich doorzet bij de Grieken (500–146 BC) en later bij de Romeinen (753 BC – 476 AD). Zo maakt de oud-Romeinse boer Simulus, in een gedicht uit de 1e eeuw BC, ’s ochtends moretum, dat bol staat van de knoflook. Arbeiders aten knoflook. Het oud-Romeinse receptenboek Apicius, met recepten voor de hogere klassen, geeft een vergelijkbaar recept voor moretaria, maar daar zit geen knoflook in. De hogere klassen bliefden het niet in hun maaltijden.

2. Dat is het aantal keren dat het Latijnse woord voor knoflook voorkomt in Apicius. In slechts 2 van de in totaal 467 recepten, dat is ruim minder dan een ½ procent. Er is ook een kleinere verzameling recepten, toegewezen aan Vinidarius, de Apici excerpta a Vinidario, uit de 5e eeuw. We weten niet of Vinidarius een echt persoon is geweest, maar van de 33 recepten die hij meldt, bevat er geen een referentie naar knoflook. In de lijst van droge etenswaren die je in huis moet hebben staat het wel, als aliu, algemeen vertaald als knoflook. Het is ook onduidelijk of Vinidarius echt een uittreksel van de recepten in Apicius geeft, zoals de titel suggereert. Ze lijken erop qua stijl, maar de overlap is klein. Wetenschappers zijn het op dit punt ook niet echt met elkaar eens. Samen geven Apicius en Vinidarius wel een goed beeld van wat mensen aten die tot de hogere klassen in hun samenleving behoorden, en daar hoorde knoflook dus niet echt bij.

Knoflook splijt naties. En dat maakt die 2 recepten met knoflook in Apicius extra speciaal.

Lees Meer Lees Meer

Snel en handig: knoflookboter, knoflooksaus en komkommersalade

Snel en handig: knoflookboter, knoflooksaus en komkommersalade

Voorop gesteld, ik bezit geen barbecue en ik barbecue dan ook niet vaak. Ik ben dus zeker ook niet iemand die op pseudowetenschappelijk wijze zijn hamburger gaart. Of weet welke stukken vlees nu hip zijn om op de barbecue te laten verbranden. Of in een heel duur groot groen ei. Het is in ieder geval grappig hoe sommigen het barbecueën benaderen, waarbij de barbecue soms bijna een heiligdom is geworden met voorschriften. Zo willen sommigen per se geen vis of garnalen in het apparaat. Eigenlijk is dat helemaal niet grappig, want niets zo lekker als een visje gestoomd met knoflook of een lekkere sambal. Om over knoflookgarnalen maar niet te spreken! Nee, ik vind barbecue vooral leuk vanwege de vele hapjes eromheen en daarmee de gezelligheid. Ik eet veel liever een eigengemaakte aardappelsalade of een gevulde portobello met geitenkaas, wat noten en honing dan de zoveelste hamburger of kipsaté. (Ja, beste lezer, ik weet het. Ik heb die van jou nooit geproefd.) Wel mag ik graag een barbecue organiseren voor grote gezelschappen.

Het is wellicht de controlfreak in mij, ik weet nl. graag wat ik eet. Mijn record staat nog steeds op 65 man met daarbij allerlei eetwensen van mensen met verschillende overtuigingen en diëten. Het ruime budget wat ik destijds ter beschikking had, maakte het een waar eetfestijn. Deze week mocht ik voor een man of 25 een barbecue organiseren tegen een beperkt budget. Een herhaling van vorig jaar, na afloop van een toernooi als afsluiting van het seizoen. Dat kost uiteraard wat voorbereiding en is bovendien een excuus om niet van ’s ochtends 10 tot ’s middags 4 constant tegen een balletje aan te slaan. (Balletje? Jawel, want ik pingpong.) Uit ervaring weet ik dat de gasten voor deze barbecue na een dag sporten gewoon een snelle hap willen en niet te lang willen wachten tot hun vlees gaar is. Saté en shaslick werden groot ingeslagen bij de groothandel, evenals wat andere soorten vlees. Met uitzondering van de hamburgers, want uiteraard is er iemand die de hamburgers zelf gaat maken en bereiden :). Ik gun ieder zijn plezier en heb dan ook niets gezegd van het plakje nepcheddar dat op de pseudowetenschappelijk bereidde hamburger werd gelegd.

Gedurende de dag moet er uiteraard ook voor de inwendige mens gezorgd worden en voor de lunch maakte ik dit jaar onder andere een eiersalade voor op een broodje. Zoveel lekkerder dan de meeste kant-en-klare eiersalades. En een soepje. Vorig jaar maakte ik een lekkere pindasoep, dit jaar maakte ik rasam oftewel peperwater. Voor de barbecue zou ik voor een kleiner gezelschap een eenvoudige huzarensalade hebben gemaakt, maar die kwam bij de groothandel vandaan dit jaar. Wel maakte ik onder andere een knoflookboter, een knoflooksaus en een pittige komkommersalade. Drie zaken die wat mij betreft niet bij een barbecue mogen ontbreken. De knoflookboter is overigens ook heel geschikt om met een vis te stomen op de barbecue. Als dat tenminste mag van de eigenaar…

Lees Meer Lees Meer

Overpeinzingen over de intense Romeinse Moretum

Overpeinzingen over de intense Romeinse Moretum

Eeuwenlange studies naar het Romeinse gebruik van Latijn en nog steeds zijn de geleerde vertalers het niet eens over moretum, een mengsel van kaas en vers uit de tuin gehaalde knoflook en kruiden. Het gedicht Moretum, mogelijk maar niet waarschijnlijk geschreven door de bekende Romeinse dichter Vergilius, is onderdeel van de Appendix Vergiliana uit de eerste eeuw van onze jaartelling. Met veel oog voor detail wordt daarin beschreven hoe de dag begint voor de Romeinse boer Simulus, en hoe hij moretum maakt.

Simulus gebruikt veel knoflook in zijn moretum. Knoflook gebruik geeft een soort van tweedeling in de Romeinse samenleving. Zo schreef bijvoorbeeld Horatius al een eeuw eerder niet bepaald positief over het gebruik van knoflook: het gerecht moretum is van en voor de lagere standen van het Romeinse Rijk. De hogere standen haalden hun neus op voor knoflook in het eten.

De veel geroemde details in het gedicht verdwijnen zodra het gaat om de hoeveelheden van de ingrediënten. En dan wordt het toch lastig als je hebt besloten dat je het authentieke gerecht wilt gaan maken om te beleven wat de oude Romeinen proefden.

Deducties en conclusies zijn nodig over veel aspecten van moretum.

Lees Meer Lees Meer

Cannelloni met rundergehakt en tomatensaus met chiliflakes

Cannelloni met rundergehakt en tomatensaus met chiliflakes

Na het nodige geprobeer en geëxperimenteer weet ik dat de tomaat in een soep of saus niet hetzelfde is als dat rode glimmende ding. Groot of klein, het smaakt mij normaal gesproken niet. Maar ergens in de bereiding gebeurt er iets wonderlijks… Was ik eerder al overtuigd dat tomatensoep met vallend ei goddelijk is, na enkele pogingen vind ik onderstaande tomatensaus een succes. Geen basilicum of oregano in mijn saus, maar chilivlokken. Pastasauspuristen zullen het vloeken in de kerk vinden, maar who cares. Het smaakt geweldig!

Cannelloni met rundergehakt (met pecorino), tomatensaus (met chilivlokken, ui, knoflook en peterselie) en provolone

Lees Meer Lees Meer

Perkedel pan

Perkedel pan

Ik maakte het al een week geleden, maar verder dan een fotootje van mijn dagelijkse maaltijd on-line zetten kwam ik afgelopen week niet. Ooit ontdekte ik de perkedel pan toen ik te lui was om Indische gehaktballen te maken. Heel lekker, maar gehaktballen draaien is niet mijn hobby. Perkedel pan is daarentegen geen werk. Je mikt de boel bij elkaar en hup, in de oven ermee. Zowel warm als koud lekker en ook op brood niet te versmaden 🙂 Ook handig bij een Indische rijsttafel, want het scheelt weer een pan op het fornuis. Niet per se snel, maar wel makkelijk dus.

Lees Meer Lees Meer

Project P(inda) – deel 3 ( of eigenlijk 1bII)

Project P(inda) – deel 3 ( of eigenlijk 1bII)

De vorige twee pogingen waren met gekookte pinda’s, met verrassend resultaat. Een totaal andere bite en verslavend lekker. Uitgetest vervolgens op een twetentje en als zeer geslaagd bevonden. Maar toch weer terug naar de gebrande pinda dit keer, een herhaling van 1b, maar dan nu wel met gember en de hele bereiding met wat meer beleid. Volgens een recept van Ken Hom.

Vorige keer klonterden de kruiden nogal, dus moest ik goed blijven roeren. En ook geleerd van de vorige keer om de temperatuur in de gaten te houden, niet blind een vuurtje stoken en olie in de wok. Dus dit keer een thermometer paraat. De temperatuur was ongeveer 180 graden. Maar waar het recept zegt 2 minuten in olie die lichtjes rookt, heb ik de pinda’s er na 1 1/2 minuut al uitgehaald. Ze werden mij toch te snel bruin. Ook al omdat ze volgens mij nog even door kleuren als ze uit de olie zijn gekomen.

Het resultaat was beter dan bij de vorige poging. De pinda’s zagen er beter uit en ze smaakten ook beter, maar ik vind de verschillende ingrediënten nog onvoldoende terugkomen, met name de sichuanpeper zie ik graag wat prominenter naar voren komen (zoals bij de gekookte pinda’s van poging 2).
En ze mogen toch ook nog wel wat minder lang in de olie denk ik.

Lees Meer Lees Meer

Project P(inda) – deel 1b

Project P(inda) – deel 1b

Ik ben dol op pinda’s. Maar ik ben wel toe aan wat variatie. Al die kant-en-klare zaken in de supermarkt ben ik nu wel een keer op uitgekeken. Dus zelf maar prutsen. Poging 1 was met knoflook en rode peper. Niet slecht voor een eerste keer denk ik dan, maar ik zou het niemand voor willen zetten. Vandaag poging 2. Met de laatste teentjes knoflook (geen paniek, vrijdag ga ik nieuwe kopen) en zonder rode peper, maar nu met wat kruiden. Deed ik het vorige keer met 2 of 3 lepels olie, nu deed ik het met 1,5 dl. Gek genoeg waren ze de vorige keer vetter. Maar dat kan natuurlijk ook goed aan mijn halfbakken eerste poging liggen.

Lees Meer Lees Meer