Archief van
Tag: pinda

Roergebakken eendenborst

Roergebakken eendenborst

Ik eet graag Chinees, met dank aan Fuchsia Dunlop. En Ken Hom. Dankzij beiden leerde ik wokken; op hoog vuur in korte tijd een gerecht bereiden. Heb je geen tijd om te koken? Ga wokken.

De Britse Fuchsia Dunlop kreeg grote bekendheid door haar boeken over de keuken van Sichuan. Sichuan Cookery is een aanrader voor iedereen die meer wil weten over Chinese kooktechnieken en gerechten uit Sichuan in het bijzonder. Het boek is meer dan alleen een verzameling recepten, dat maakt het sowieso leuk om te lezen.

De Chinees-Amerikaanse Ken Hom is misschien wel een van de bekendste Chinese koks. Spareribs frituren? Gewoon stomen. Dat was pas een openbaring. En via zijn kookboeken leerde ik DE truc: vlees marineren in een mengsel met maïzena. Veel gebruikt voor kip.  De maïzena zorgt ervoor dat het vlees mals blijft door de sappen als het ware in te kapselen. Of je het vlees nu bakt, frituurt of pocheert, succes gegarandeerd. Ook kipfilet, doorgaans snel droog, blijft supermals. Het voorkomt in dit geval dat de eend uitdroogt, wat cruciaal is bij eendenborst.

Lees Meer Lees Meer

Seroendeng

Seroendeng

Seroendeng kent iedereen die wel eens bij een Indonesisch restaurant komt of zelf Indonesisch of Indisch kookt. Je kunt het kopen in een potje in de supermarkt (ik zeg: niet doen) of bij een goeie toko. Leuker is het om het zelf te maken. Je kunt het dan bovendien aanpassen aan je eigen smaak en voorkeur. Seroendeng strooi je over je witte rijst, maar kan ook over je soto. Een seroendeng is ietwat zoet door de toevoeging van palmsuiker, maar echt lekker wordt het naar mijn smaak door de toevoeging van gedroogde rode pepers of een sambal.

Het belangrijkste ingrediënt van seroendeng is kokos. Het lekkerste schijnt het gebruik van vers geraspte kokos te zijn, maar ik neem eerlijk gezegd altijd gedroogde kokos. Aan de kokos kun je allerlei ingrediënten toevoegen, vaak zijn dat gedroogde specerijen als ketoembar (gemalen korianderzaad), djinten (gemalen komijnzaad) en laospoeder. Zelf vind ik het lekker om ui aan het mengsel toe te voegen. Deze seroendeng blijft dan ook iets vochtig en is minder lang houdbaar dan een seroendeng die alleen maar uit gedroogde ingrediënten bestaat. In geval van seroendeng lost dat probleem overigens meestal zichzelf op, aangezien de voorraad hier binnen een paar dagen vaak wel op is. Zeker als er hongerige eters aanschuiven.

Lees Meer Lees Meer

Surinaamse pinda’s

Surinaamse pinda’s

De pinda’s hadden al even wat minder aandacht gehad op Reutel, dus tijd voor een update van Project P(inda). Wat maakt iets typisch Surinaams? Als gerecht noem je dan al snel roti, pom en pindasoep, hoewel ik de Javaanse bami goreng met toebehoren ook wel zo noem. Heb je het over ingrediënten dan kom je waarschijnlijk snel uit bij zoutvlees en de gele madame jeanette-peper. Die overigens vaak een adjuma-peper blijkt te zijn. De aromatische madame jeanette is iets smaller en langwerpiger, terwijl de adjuma meer gedrongen is. Beiden zijn ietwat grillig van vorm, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de gewone rode peper die heel glad is. En beiden zijn akelig heet. Bij het bereiden kan het geen kwaad een handschoen te dragen. Of gewoon hééééééél voorzichtig zijn en niet in je ogen wrijven of aan je neus krabben voordat je je handen grondig hebt gewassen. Pas ook vooral op met wondjes. ‘Het is maar een tip’, zei de ervaringsdeskundige.
Een simpel bijgerechtje of als snack bedoeld. Makkelijk als je het maar ruim van te voren begint.

Lees Meer Lees Meer

Project P(inda) – deel 3 ( of eigenlijk 1bII)

Project P(inda) – deel 3 ( of eigenlijk 1bII)

De vorige twee pogingen waren met gekookte pinda’s, met verrassend resultaat. Een totaal andere bite en verslavend lekker. Uitgetest vervolgens op een twetentje en als zeer geslaagd bevonden. Maar toch weer terug naar de gebrande pinda dit keer, een herhaling van 1b, maar dan nu wel met gember en de hele bereiding met wat meer beleid. Volgens een recept van Ken Hom.

Vorige keer klonterden de kruiden nogal, dus moest ik goed blijven roeren. En ook geleerd van de vorige keer om de temperatuur in de gaten te houden, niet blind een vuurtje stoken en olie in de wok. Dus dit keer een thermometer paraat. De temperatuur was ongeveer 180 graden. Maar waar het recept zegt 2 minuten in olie die lichtjes rookt, heb ik de pinda’s er na 1 1/2 minuut al uitgehaald. Ze werden mij toch te snel bruin. Ook al omdat ze volgens mij nog even door kleuren als ze uit de olie zijn gekomen.

Het resultaat was beter dan bij de vorige poging. De pinda’s zagen er beter uit en ze smaakten ook beter, maar ik vind de verschillende ingrediënten nog onvoldoende terugkomen, met name de sichuanpeper zie ik graag wat prominenter naar voren komen (zoals bij de gekookte pinda’s van poging 2).
En ze mogen toch ook nog wel wat minder lang in de olie denk ik.

Lees Meer Lees Meer

Project P(inda) – deel 1b

Project P(inda) – deel 1b

Ik ben dol op pinda’s. Maar ik ben wel toe aan wat variatie. Al die kant-en-klare zaken in de supermarkt ben ik nu wel een keer op uitgekeken. Dus zelf maar prutsen. Poging 1 was met knoflook en rode peper. Niet slecht voor een eerste keer denk ik dan, maar ik zou het niemand voor willen zetten. Vandaag poging 2. Met de laatste teentjes knoflook (geen paniek, vrijdag ga ik nieuwe kopen) en zonder rode peper, maar nu met wat kruiden. Deed ik het vorige keer met 2 of 3 lepels olie, nu deed ik het met 1,5 dl. Gek genoeg waren ze de vorige keer vetter. Maar dat kan natuurlijk ook goed aan mijn halfbakken eerste poging liggen.

Lees Meer Lees Meer