Voedselsouvenirs, pastatoeristen en Spätzle
In het geval van een zakenreis naar Noordwest-Duitsland, België, Noord-Frankrijk of Luxemburg, dan werkt(e) de auto steeds het snelste. Geen uren wachten op vliegvelden, niet van te voren en ook niet later tot de koffers eindelijk arriveren, geen reistijden naar en van het start station, geen overstaptijden van de ene naar de andere trein en geen lange taxiritten tussen stations en afgelegen industriële terreinen.
Na al die tijd weten daardoor collega’s inmiddels wel wat ze kunnen verwachten voordat we na 2 of 3 vergaderdagen weer huiswaarts kunnen gaan. Na de laatste vergadering wordt er actief naar een grote supermarkt gezocht en worden er boodschappen gedaan: speurend naar ingrediënten die niet of niet gemakkelijk (in onze omgeving) in Nederland kunnen worden gekocht. De opgevouwen koeltas uit de zakenkoffer gehaald en de lokale lekkernijen (kaasjes!) blijven keurig koel. Tenminste in de herfst en winter.
In de lente en zeker in de zomer, op vakantie, dan gaat het anders. Kaasjes kunnen niet zo goed tegen warmte en zeker niet tegen tropische temperaturen. De nadruk ligt dan meer op andere producten. In Engeland bijvoorbeeld potjes mint sauce. In Frankrijk meestal cider en uit de Elzas wijnen die direct bij de wijnboeren worden gekocht. Uit Italië vroeger wel eens verse pasta’s meegenomen uit hele kleine winkeltjes aan huis, waar je geholpen wordt door al wat oudere mama’s. Verse pasta verpakt in papieren zakken, ook tortellini soorten. Maar dat vond de douane op Schiphol niet zo geweldig. Sindsdien ligt de nadruk op gedroogde pasta, vooral als we in Duitsland zijn.
Pasta in vormen die je in eigen land heel soms in een delicatessenwinkel of Italiaanse specialiteitenzaak ziet liggen. Want in onze supers vind je vooral veel zakken met penne, al uovo, met spelt of een volkoren variant. Idem voor spaghetti. Tuurlijk zijn er nog wat soorten, maar hoewel de merken verschillen per super en groothandel, het blijven de usual suspects: lasagne, fusilli, linguine, rigatoni, pipe rigate, tagliatelle, orzo en tortellini. En dan zijn de schappen die bestemd zijn voor de pasta al bijna vol. Keuzes, zeker, maar al jarenlang dezelfde keuzes met minimale variaties. Nog wat kleine hoeveelheden van andere soorten, bijvoorbeeld 3-kleuren pasta voor in de koude salade. Dat is het wel zo’n beetje en dat terwijl er zo ontzettend veel meer lekkere soorten zijn.
In Duitsland recent weer mogen genieten van veel meer plankruimte voor pasta. Met veel minder penne en spaghetti en veel meer plek voor vele andere soorten. Minder pasta per soort en meer soorten per schap. Dat zouden ze in Nederland ook moeten doen. Je grijpt inderdaad wel eens mis in Duitsland als een soort tijdelijk is uitverkocht of nog niet is aangevuld, maar de variatie is veel groter. Die variatie aan pastasoorten slaan we dan ook massaal in. Gedroogde pasta is lang houdbaar en een koeltas is niet nodig tijdens de thuisrit. Grote boodschappentassen liggen tijdens de vakanties opgevouwen in de kofferbak te wachten op die thuisreisdag.
Die gewoonte om veel soorten pasta uit het buitenland mee te nemen heeft ons van de mede-blogger de geuzennaam pastatoeristen opgeleverd. Die dragen we uiteraard met trots. Thuis is dan alleen door de overdaad aan verschillende pasta’s een maaltijd wel eens lastig te kiezen. Hoezo luxeprobleem? Keuze, leuk!