Er is een recept overgebleven in het Nederlandse taalgebied dat vernoemd is naar de hoeveelheden van de ingrediënten: vier-vierde cake. Het is in zekere zin de simpelste cake die er is en daardoor vaak extra lekker als je een tijdje lang recepten met veel ingrediënten hebt gemaakt.

Het vierde deel in de titel komt van het getal 250, als in 250 gram bloem, 250 gram suiker en 250 gram boter. En 250 gram is nu eenmaal één vierde deel van een kilo. De titel klopt daarmee alleen als de 4 eieren samen 250 gram wegen, oftewel, gemiddeld weegt elk ei 62,5 gram. Wij betrekken onze eieren via de kaasboer van een lokale kippenboer. Laten die eieren nu tussen de 62 en 63 gram wegen. Vier-vierde, het klopt aardig. Neem je grotere of kleinere eieren, dan eet je vier-drie-vierde cake.

Dat Nederlandstalige gebied kunnen we overigens rustig vervangen door Vlaanderen. En de term vier-vierde komt waarschijnlijk ook nog eens van het Franse quatre-quarts, vier-kwarten. We raken Nederland steeds verder uit het zicht. In Nederland heet het simpelweg cake, of voor de verkooptruc, oma’s of grootmoeders cake, waarbij dan weer niet altijd aan de 250 gram en 4 eieren wordt vastgehouden.

Maar net als bij de Canadese 1-2-3-4 cake de smaak toch wat spannender gemaakt. Vier-vierde cake met koek- en speculaaskruiden omdat het wintertijd is. En soms, als afwisseling, ook nog met vanille.

De aanduiding koek- en speculaaskruiden is overigens een wat vreemde aanduiding. Sommigen melden dat koekkruiden ook wel speculaaskruiden worden genoemd, het zou hetzelfde zijn. Anderen weten zeker dat in koekkruiden geen kruidnagel hoort te zitten en dat diezelfde kruidnagel juist onmisbaar is in speculaaskruiden. In ieder geval bevatten de kruiden-, of beter nog de specerijenmengsels, als ingrediënten vooral veel kaneel en, naar verhouding, veel kleinere hoeveelheden nootmuskaat, kruidnagel, gemberpoeder, kardemom en witte peper. Eenvoudig zelf te maken. Potjes uit de winkel kunnen ook wat andere ingrediënten bevatten zoals anijszaadjes, folie, korianderzaadjes en/of sinaasappelschil.

Nog niet opeten

Klassieke vier-vierde cake

• 4 eieren op kamertemperatuur
• 250 gram ongezouten roomboter op kamertemperatuur
• 250 gram kristalsuiker
• 250 gram zelfrijzend bakmeel

Extra’s

• 1 ruime eetlepel koek- en speculaaskruiden, of 1 theelepel koek- en speculaaskruiden en 1 vanillestokje

Ook nodig zijn boter en bloem voor het bebloemen van het cakeblik van 30 bij 11 centimeter.

Aan het werk (15 + 75 minuten)

Verwarm de elektrische oven voor op 160°C.

Smelt een klontje boter in een pan, giet het over in een kommetje en dan even laten afkoelen. Beboter het cakeblik met een kwastje goed in alle hoeken en randen. Strooi er bloem in en wentel het blik zo dat de hele binnenkant is bedekt met een dun laagje bloem. Geen stukje overslaan want juist daar wil straks de cake het blik niet meer uit. Overtollige bloem er weer zachtjes uit kloppen.

Doe de boter en de suiker in een kom en mix het net zo lang tot het mengsel heel licht van kleur is (bijna wit) en in volume bijna is verdubbeld (5 tot 8 minuten).

Haal het vanillemerg uit het stokje en voeg het bij het mengsel.

Klop de eieren één voor één door het beslag, en mix daarna op lage stand voor een minuut tot het beslag goed gemengd is. Meng in een andere kom de gezeefde bakmeel en de koek- en speculaaskruiden goed door elkaar. Spatel het droge mengsel rustig door het natte mengsel. Als het goed is vermengd alles in het cakeblik storten. Goed in de hoeken duwen met de bolle kant van een natte lepel. De bovenkant egaliseren.

Voor 75 minuten in de oven zetten. De cake is klaar als een satéstokje er droog uitkomt.

Eerst 15 minuten buiten de oven laten afkoelen voordat je de cake verwijdert uit het bakblik. Geheel laten afkoelen.

Resultaat

Klassieke vier-vierde cake met wat extra smaak.

Vier-vierde cake met de kenmerkende scheur van het bakken op 160°C

Cakes. Je weet nooit helemaal zeker hoe ze uit de oven zullen komen.